Illusion
Voor een goede illusion moet je eerst een goede standspagaat (schaar) kunnen.
Standspagaat
Het handigst is als je deze zo wijd mogelijk vast kan houden, maar ook fel open kan schoppen.
Als je om de dag een serie oefeningen doet kan je hier steeds wijder en leniger in worden:
Standpagaat (schaar) vasthouden
Standspagaat met muur
Standpagaat (schaar) opschoppen
Als je een goede en wijde standspagaat kan openschoppen kan je gaan werken aan je illusion.
Let op!
Een illusion kan 2 kanten op draaien:
- Binnenwaarts
- Buitenwaarts
Buitenwaarts betekent dat je als je op je rechterbeen staat ook naar rechts draait (en je naar links draait als je op je linkerbeen staat).
Bij de illusion binnenwaarts draait je juist de andere kant op: als je op je rechterbeen staat draai je naar links (en andersom).
Je mag zelf kiezen wat je makkelijker vindt, maar de opbouw van beide draaien is iets anders. Als je twijfelt kies dan voor de illusion binnenwaarts, deze is makkelijker om helemaal rond te draaien.
1e is illusion buitenwaarts, 2e is illusion binnenwaarts
(oefen de opdrachten elke keer tot ze 5 keer achter elkaar goed lukken!)
Opdracht 1: Fouetédraai achterwaarts
1a. Uit stand
1b. Uit zweefstand
1c. Uit standspagaat (schaar)
Opdracht 2: Standspagaat lopen
2a. Heel rondje lopen (binnenwaarts)
2b. Half rondje lopen (binnenwaarts) + fouetédraai achterwaarts
Opdracht 3: Draai onder je been door
3a. Met hulp: hand vasthouden (als je op links staat moet je je rechterhand naar achter laten trekken)
3b. Met verhoging (kies iets stevigs maar niet te hard, bijvoorbeeld de bovenkant van de bank)
Illusion onder je been door
Illusion met hulp
Opdracht 4: illusion
Tijd voor de illusion! Als het nog niet gelijk lukt blijf dan iets langer oefenen met de opdrachten 1 t/m 3.
Je kan ook eerst een halve illusion doen of met een klein beetje hulp.
Je mag bij de illusion de grond toucheren met 1 hand.
(oefen de opdrachten elke keer tot ze goed lukken en ga dan pas verder)
Opdracht 1: Draai in zweefstand
1a. Schop open naar zweefstand met behulp van de muur
1b. Schop open naar zweefstand
1c. Schop open naar zweefstand met kwart draai
1d. Schop open naar zweefstand met halve draai met behulp van de muur
1e. Schop open naar zweefstand met halve draai zonder muur
Opdracht 2: Draai in schaar
1a. Schaar met kwart draai
1b. Schaar met halve draai handen laag op de muur
1c. Schaar met halve draai handen op de grond
1d. Schaar met halve draai 1 hand op de grond
1e. Schaar met halve draai zonder handen (dit is de buitenwaartse illusion!)