Aanzweef verdieping

 

Hier gaan we precies kijken hoeveel aftrek een turnster per gemaakte fout krijgt!

Dit doen we nog steeds voor het element overslag

Voor moeilijkere elementen is het bijna hetzelfde.

 

We gaan kijken naar de aanzweef.

Dus de fase tussen de plank/plankoline/trampoline en de kast of pegases.

 

We hebben al geleerd dat deze volledig gestrekt moet zijn van tenen tot schouders.

De aftrektabel van de aanzweef ziet er (bij overslag) als volgt uit:

Voor kromme tenen mag je ook nog 0,10 aftrekken, maar meestal zie je die niet als het zo snel gaat.

 

Dit betekent het volgende:

 

Voor de heuphoek mag je 0,10 (kleine fout) of 0,30 (middelgrote fout) aftrek geven

 

Voor een holle houding mag je 0,10 (kleine fout) of 0,30 (middelgrote fout) aftrek geven

 

Voor gebogen knieën mag je 0,10 (kleine fout), 0,30 (middelgrote fout) of 0,50 (grote fout) aftrek geven

(ze heeft ook een beetje heuphoek)

Deze turnster heeft wel alleen maar de benen krom, maar dit gebeurt bijna nooit (meestal hebben turnsters met kromme benen ook een heuphoek of holle houding!)

Benen krom (0,5) en heuphoek (0,3)

 

Voor geopende benen of knieën mag je 0,10 (kleine fout) of 0,30 (middelgrote fout) aftrek geven

0,10 voor een beetje uit elkaar en 0,30 voor heupbreedte of meer (dus deze hierboven krijgt wel 0,30)


Dit gaan we oefenen!

We gaan dus alleen aanzweven jureren.

 Juryleden schrijven alle aftrekken voor de aanzweef hier op:

 

We oefenen eerst op foto's, dan met langzame filmpjes en dan in het normale tempo!

Probeer wel alles direct al mee te schrijven zoals hierboven, dan kan je hier ook alvast op oefenen!

 

Eerst de foto's:


 

Let op dat bij het jureren van de E-score juryleden vaak allemaal net een beetje anders jureren. Als je dus een paar tiendes meer of minder hebt kan je nog steeds goed gejureerd hebben als je weet waarom je die aftrek hebt gegeven! Er is dus niet maar 1 antwoord goed.

 

Mijn uitwerking

  1. Bij sprong 1 had je ook 0,10 aftrek kunnen geven voor de holle houding en misschien 0,10 voor de kromme benen als het plaatje iets duidelijker was, dus 0,00 - 0,20 is allemaal goed.
  2. Bij sprong 2 had je nog 0,10 extra aftrek kunnen geven voor de kromme tenen. De heuphoek is wel echt 0,30 en de benen zijn maar een klein beetje krom dus 0,30 - 0,60 is ongeveer goed.
  3. Bij sprong 3 kunnen de heuphoek en de kromme benen niet erger worden dan dit dus 0,80 is wel het minimum

 

We gaan nu kijken naar aanzweven van overslagen in slowmotion!

Klik op het plaatje om hem te vergroten!


 

Mijn uitwerking

  1. Sprong 1 had ik 0,7 aftrek (bij 0,6 - 0,9 zit je hier goed!)
    • 0,3 voor de benen (maar 0,5 kan hier ook)
    • 0,3 voor de heuphoek
    • 0,1 voor de tenen
  2. Sprong 2 had ik 0,5 aftrek (bij 0,2 - 0,7 heb je deze goed!)
    • 0,3 voor de heuphoek (maar 0,1 kan ook)
    • 0,1 voor de benen
    • 0,1 voor de tenen
  3. Sprong 3 had ik 0,5 aftrek (bij 0,3 - 0,8 is het goed)
    • 0,3 voor de heuphoek (maar 0,1 kan ook)
    • 0,1 voor de benen
    • 0,1 voor de benen uit elkaar

 

Nu het echte werk!

3 filmpjes om te oefenen en dan de eindopdracht.

Je mag de filmpjes vaker bekijken!

 

Filmpje 1

 

Filmpje 2

 

Filmpje 3

 

Mijn uitwerking:

  1. Ik had 0,10 aftrek in totaal (alleen de heuphoek)
    0,00 - 0,20 zit je goed!
  2. Ik had 0,20 aftrek in totaal (holle rug 0,10 en heuphoek 0,10)
    0,10 - 0,40 kan hier allemaal
  3. Hier had ik 0,60 aftrek, maar alles van 0,30 - 0,80 zou hier goed zijn!
    • 0,30 voor de heuphoek
    • 0,10 voor de knieën
    • 0,10 voor de tenen
    • 0,10 voor de benen uit elkaar

 

Eindopdracht!

Jureer de aanzweef van de volgende sprong! 

Er zijn meerdere antwoorden goed!


De volgende fase is: