De aftrekken voor de afzweef lijken erg op die van de aanzweef:
Maar als je naar de aftrektabel kijkt zie je 3 andere belangrijke aftrekken:
Dit zijn de hoogte, verte en dynamiek.
Het zijn 3 aparte aftrekken, maar meestal hebben ze met elkaar te maken!
Voor de hoogte moet je kijken of de heupen van een turnster omhoog gaan vanaf de afstootfase (als haar handen nog op de pegases staan). Zie ook de tekeningen! De blauwe lijn geeft aan hoe hoog de heupen zijn bij de afstootfase.
Voor de verte kijk je waar een turnster landt (voordat ze extra stappen of hupjes heeft gemaakt). Vaak kan je de afdruk op de mat nog zien! Turnsters moeten proberen verder te landen dan hun eigen lichaamslengte.
Dynamiek geeft aan hoe snel een sprong gaat. Een goede manier om dit te bekijken is hoe lang de handen op de pegases staan. Voor een dynamische sprong moet dit namelijk zo kort mogelijk zijn!
Als de dynamiek niet goed is, gaat een turnster ook niet hoog/ver af kunnen zweven!
Hieronder 3 voorbeelden!
Hier een voorbeeld hoe het hoort!
Geen aftrek voor dynamiek want ze staat maar heel kort op de pegases met haar handen.
Geen aftrek voor verte want ze landt achter haar eigen lichaamslengte (misschien 0,10 als ze het net niet haalt, moeilijk te zien vanaf deze hoek).
Absoluut geen aftrek voor hoogte! Haar heupen stijgen een heel eind na haar afstootfase.
Deze turnster staat maar kort op de pegases met haar handen! Dus geen aftrek voor dynamiek.
Als je kijkt waar ze landt achter de pegases is dit ongeveer gelijk aan haar lichaamslengte (dus niet verder). Voor verte geeft dit een aftrek van 0,10.
Haar heupen stijgen eigenlijk maar heel weinig na de afstootfase. Voor hoogte dus een aftrek van 0,30.
Bij deze overslag staan haar handen heel lang op de pegases. Ze krijgt dus 0,30 aftrek voor dynamiek.
Als je kijkt waar ze landt op de mat dan is dit ongeveer een halve lichaamslengte van de pegases af. Dus ook hier de maximale aftrek voor verte van 0,30.
Haar heupen dalen direct na haar afstootfase. Dus ook de maximale aftrek voor hoogte van 0,50.
Omdat dynamiek het makkelijkst te zien is in filmpjes met normale snelheid gaan we ook gelijk hiermee oefenen!
We gaan ons eerst focussen op het jureren van hoogte, verte en dynamiek.
Dit schrijf je rechtsboven tijdens het jureren!
Je hoeft dus nog niet op de afzweefhouding te letten.
Probeer alle filmpjes maximaal 2 keer te kijken!
Filmpje 1
Filmpje 2
Filmpje 3
Mijn uitwerking
Je mag er natuurlijk een paar tiendes naast zitten!
Nu gaan we proberen of we naast de hoogte/verte/dynamiek ook kunnen kijken naar de lichaamshouding! We letten dus op hoek/hol, kromme benen en geopende benen. De aftrekken schrijf je hier op:
Je mag de filmpjes weer vaker bekijken, maar probeer wel of het lukt om tegelijkertijd de houding als hoogte/verte in de gaten te houden!
Filmpje 1
Filmpje 2
Filmpje 3
Mijn uitwerking
Je mag er weer een paar tiendes naast zitten (let op dat we alleen de afzweef beoordelen, dus hier geen aftrek geven voor kromme armen! Dit mag alleen bij de afstootfase).
Eindopdracht
Beoordeel de afzweef van deze overslag!
Alles gehad van sprong? Ga dan naar: