Sprong totaal

 

Zorg dat je voordat je deze pagina doorloopt is alles van sprong hebt gehad!

 

Als je dit hebt gedaan kan je eigenlijk een overslag op sprong al helemaal jureren! We moeten alleen de verschillende fases nog samenvoegen (en veel oefenen om alles snel te kunnen zien)!

 

Dat gaan we in dit hoofdstuk doen!

Zodra je een overslag kan jureren kan je ook bezig gaan met moeilijkere sprongen (veel sprongen jureer je op dezelfde manier).

 

Belangrijke tips

  • Sprong gaat erg snel! Probeer de sprong eerst goed te bekijken voor je gaat schrijven.

  • Vaak zorgt een fout (en dus aftrek) in het begin van de sprong voor nog meer fouten (en dus aftrekken) later in de sprong! Bijvoorbeeld
    • Een te zachte aanloop zorgt er vaak voor dat een sprong niet dynamisch/hoog/ver is!
    • Een gehoekte aanzweef haalt ook vaart uit de sprong en zorgt er daarnaast vaak ook nog voor dat de afzweef hol is.
    • Een holle afzweef zorgt ervoor dat de sprong minder ver is en als de sprong wel snel gaat (dynamisch is) komen er vaak ook een aantal landingsfouten bij!

 

Hieronder een paar veelgemaakte fouten die je kunnen helpen met het jureren.

Let wel op dat elke turnsters weer anders is en dingen anders doet!

Wat hieronder staat hoeft dus niet altijd te kloppen.

 

Veelgemaakte fout: HOEK/HOL overslag

Een overslag die je vaak gaat zien is iets wat ik zelf een hoek/hol overslag noem. Een voorbeeld:

Ze is gehoekt in haar aanzweef en hol in haar afzweef.

 

Soms kan je al zien dat iemand deze fout gaat maken voor ze begint!

De plank staat dan namelijk vaak te dicht bij de pegases.

 

Bij deze overslag:

  • Zijn vaak de benen wel mooi gestrekt
  • Is er vaak maximale aftrek voor hoogte en verte.
  • Als deze overslag langzaam gaat (zoals in het filmpje) zijn meestal de armen ook gestrekt.
  • Als deze overslag snel gaat zijn meestal de armen krom.
  • Als deze overslag snel gaat zijn er meestal ook landingsfouten omdat een turnster dan teveel vaart naar voren heeft (en dus stapjes moet zetten).

Meer voorbeelden van deze manier van overslag!


Bij deze overslagen weet je al dat je minimaal 1,7 aftrek moet hebben!

  1. Aanzweef: 0,30 (hoek)
  2. Afstoot kan goed zijn
  3. Afzweef: 0,30 (holle houding) en 0,50+0,30+0,30 voor hoogte/verte/dynamiek

    Als de dynamiek wel goed is dan zit er vaak 0,30 of meer aftrek in de afstootfase voor kromme armen en schouderhoek

Let op dat er ook overslagen bestaan die maar een klein beetje hoek/hol zijn. 

Deze gaan vaak wel een stuk sneller en krijgen dus ook minder aftrek!

Bekijk deze hieronder maar eens:

Ze is gehoekt en hol, maar voor beide zou ik maar 0,10 aftrek geven in plaats van 0,30.

En ze is ook wel dynamisch (en de overslag gaat ook best ver).

 

Een variatie hierop is de STREK/HOL overslag

Deze zie je vaak bij kleine meisjes die over een hoog toestel heen moeten!

De aanzweef is prima, maar in de afzweef gaan ze hol trekken omdat ze er anders niet overheen komen.


Hier kom je vaak ook al aan minstens 1,4 aftrek:

  • Holle houding in de afzweef (0,3)
  • Maximale aftrek voor hoogte/verte/dynamiek (0,5+0,3+0,3)

 

HOL/HOL overslag (bananenoverslag)

Deze turnsters hebben de techniek iets beter door maar overdrijven de hakopschop die nodig is om gestrekt te blijven soms een beetje waardoor ze hol trekken.

 

Dit kunnen verder best nette overslagen zijn! Als ze hol blijven in de afzweef gaan ze meestal wel iets minder hoog/ver

 

Standaard fout: benen intrekken

Dit zijn de overslagen die vaak veel aftrekken opleveren.

Als de benen ingetrokken worden in de aanzweef zijn ze meestal nog steeds krom in de afstoot (en soms zelfs nog in de afzweef). Ook heb je met ingetrokken benen automatisch een heuphoek. Meestal zijn ze wel dynamisch maar is het wel moeilijk om hoogte/verte te maken omdat het lichaam zo in elkaar gekropen is.


Deze overslagen hebben meestal minstens 2,0 aftrek maar vaak nog veel meer:

  • Aanzweef 0,50 voor kromme benen en 0,30 voor heuphoek
  • Afstoot 0,50 voor kromme benen en 0,30 voor heuphoek en bijna altijd ook 0,30 voor schouderhoek en 0,1 voor niet door de verticaal gaan.
  • Afzweef vaak ook nog kromme benen/lichaamshouding
  • Meestal ook veel aftrek voor hoogte/verte

Tijd om te jureren!

 

We gaan beginnen met een paar makkelijke overslagen (weinig aftrek). De laatste 3 worden wel steeds lastiger (veel aftrek).

We doen net of we keuze oefenstof jureren dus je hoeft de aanloop & insprong niet te jureren.

 

De volgende fases blijven dan over:

  1. Aanzweef
  2. Afstoot
  3. Afzweef - denk ook aan hoogte/verte/dynamiek!
  4. Landing

Onthoud dat fouten in de houding vaak in meerdere fases meetellen (aanzweef/afstoot/afzweef).

 

Er komen alleen maar overslagen en we kijken alleen naar de E-score (aftrekken).

Je mag elk filmpje vaker bekijken, probeer het bij maximaal 2 keer te houden.

Je kan als het lastig is bijvoorbeeld bij de 1e keer vooral naar de houding kijken (bij de aanzweef, afstoot en afzweef) en de 2e keer naar de hoogte/verte/dynamiek en de landing.

 

Sprong 1

Dit filmpje hoef je vast maar 1 keer te bekijken!

 

Sprong 2 

 

Sprong 3

 

Sprong 4

 

Sprong 5

 

Sprong 6

 

Mijn uitwerkingen

Hoe meer aftrek een turnster heeft, hoe verder je als juryleden uit elkaar mag zitten.

Bij de eerste sprongen moet je dus dichter in de buurt zitten als bij de laatste sprongen. 

Als je ongeveer op deze aftrekken uitkwam zit je goed:

  1. 0,0 - 0,2
  2. 8,7 - 9,5
  3. 8,9 - 9,7
  4. 8,1 - 9,1
  5. 6,9 - 8,1
  6. 5,7 - 7,1

Als je ergens op iets heel anders uitkwam laat het dan weten, dan kunnen we samen even naar de sprong kijken!

 

Eindopdracht

Jureer deze overslag! 

Wat is haar E-score aftrek?

Wat is haar E-score?